Collectieve arbeidstijdverkorting? Er moet een oplossing worden uitgewerkt om de sociale en economische crisis aan te pakken.

Na deze voor de gehele bevolking bijzonder pijnlijke periode van pandemie zullen zich tal van uitdagingen aandienen op het gebied van herstel en terugkeer naar de normale situatie.

Maar is het werkelijk een terugkeer naar het abnormale dat we willen met een kapitalistisch systeem dat zeer weinig van de beschikbare hulpbronnen deelt door de ongelijkheid te vergroten, het leven te vernietigen door het verdwijnen van de biodiversiteit en de opwarming van de aarde en het leeuwendeel aan de financiën te geven door onze democratische stelsels geleidelijk te verstikken?

Onze sector van de lokale en regionale besturen strijdt al jaren voor loonsverhoging, verbetering van de arbeidsvoorwaarden met een echt welzijnsbeleid en een collectieve verkorting van de arbeidstijd zonder loonverlies met compenserende aanwervingen.

Deze laatste eis zou door alle vakbonden op federaal niveau moeten worden gedragen, omdat zij zo dringend wordt, zowel uit een oogpunt van rechtvaardigheid als voor de ontwikkeling van een systeem dat het milieu waarin wij leven in stand houdt en dat de deelname van een zo groot mogelijk aantal mensen aan het beheer van de stad bevordert.

Vanuit het oogpunt van sociale rechtvaardigheid zou een vermindering van de arbeidstijd door het in dienst nemen van mensen die geen arbeidstijd hebben, het mogelijk maken een groot aantal mensen die van het systeem zijn uitgesloten te reïntegreren, de kosten van de betaling van werkloosheidsuitkeringen te verminderen en de dagelijkse druk op de werknemers te verlichten, zowel wat betreft de arbeidstijd als de chantage met de mogelijkheid om bij de geringste indiscretie te worden vervangen.

Arbeidstijdverkorting heeft ook een direct effect op het welzijn van het personeel, dat minder kans zou lopen op een burn-out, buiten adem te raken in een werk-slaap-metro-ritme en een hels tempo dat hen soms de indruk geeft het witte konijn in ‘Alice in Wonderland’ te zijn.

Ten slotte zou het vrijmaken van één dag per week iedereen de kans geven zich in te zetten voor andere soorten projecten, of het nu gaat om persoonlijke ontwikkeling, lokale democratie of activiteiten die het grootste aantal mensen ten goede komen.

Toen onze voorouders werden geslagen voor de 8-urige werkdag, lachten de werkgevers hen in hun gezicht uit en legden hen uit dat dit onmogelijk was in termen van productiviteit. Maar de productie is de vrucht van de arbeiders, wij moeten een rendement op de investering eisen, niet economisch in de vorm van dividenden aan de aandeelhouders, maar sociaal, gunstig voor een betere combinatie van privé- en beroepsleven en voor de werkgelegenheid van jongeren, om hun zo een toekomstperspectief te bieden dat van essentieel belang is voor hun evenwicht, dat reeds zwaar is aangetast door het beheer van de crisis van Covid-19.

Laten wij ons niet door deze reactionaire retoriek van de wijs laten brengen en een echt debat eisen over de keuzen die zullen worden gemaakt met het oog op het economisch herstel.

Als wij deze uitweg uit de gezondheidscrisis niet aangrijpen om ons systeem volledig te herzien en ons af te vragen welke wereld wij aan onze kinderen willen nalaten, zal het te laat zijn om een solidair en broederlijk systeem op te bouwen dat niemand uitsluit.

1921

 

No Comments Yet

Comments are closed