Naar aanleiding van de vreselijke aanslagen van 22 maart 2016 zijn talrijke burgers dag en nacht samengekomen op de trappen van de Beurs om er de slachtoffers te gedenken. Op 27 maart zou er een grote betoging plaatsvinden, maar die werd op het laatste ogenblik door de overheid afgelast. Toch kwamen veel burgers vreedzaam samen in het centrum van Brussel. Daar bestormden toen honderden “hooligans”, begeleid door de politie, de trappen van de Beurs. Er volgden racistische uitlatingen, de nazigroet werd gebracht en er was fysiek geweld tegen andere burgers die durfden in te gaan tegen de boodschap van haat van deze hooligans.
Als reactie tegen deze duidelijke uiting van haat, roepen verschillende organisaties op om op zaterdag 2 april samen te komen in verzet tegen terreur, haat en racisme. Deze bijeenkomst wordt, zoals alle andere bijeenkomsten op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, door de bevoegde overheden verboden. Toch komen op 2 april, rond 14 uur, burgers, vakbondsmilitanten en militanten van politieke groeperingen samen op de trappen van de Beurs in het kader van de permanente bijeenkomsten daar sinds 22 maart. Op dat ogenblik gaat de politie over tot het arresteren van tientallen personen, terwijl het niet om een daadwerkelijke bijeenkomst ging, terwijl er geen enkele slogan werd geroepen en er ook geen “verstoring van de openbare orde” was. Er werden trouwens ook militanten aangehouden terwijl ze op een caféterras zaten of zich van de plaats verwijderden.
Wij, leden van ACOD LRB, willen de waarheid over deze gebeurtenissen kennen en we eisen ingelicht te worden over wie de politieke verantwoordelijken zijn voor deze gerichte en onwettige aanhoudingen. ACOD LRB is bijzonder gehecht aan de vrijheid van betogen en kan niet aanvaarden dat politieagenten tot dergelijke aanhoudingen moeten overgaan.
De ACOD veroordeelt deze aanhoudingen dan ook en ze zal de vrijheid van meningsuiting en de vrijheid om te betogen met hand en tand verdedigen.